Epigrammen boek XI.73, boek II.25 en boek III.72

Vreselijk, wanneer minnaars/ minnaressen altijd maar beloven, maar nooit de daad bij het woord voeren. Werkelijk z’n buik vol heeft Martialis van dat soort mensen… !

XI. 73

Je belooft altijd te komen, Lydus, op mijn vraag.
Zelfs waar en wanneer meld je mij dan graag.
Maar altijd lig ik vergeefs op jou te wachten.
Tot slot maakt dan mijn linkerhand een einde aan het smachten.
Welke straf verdient nu zo’n valse rat?
De lelijkste vrouw van heel de stad!

II. 25

Je geeft nooit, Galla, waar ik om vraag.
Altijd maar beloven ja, dát doe je graag.
Maar als je steeds het omgekeerde doet van wat ik zeg,
verander ik van tactiek: “Galla, scheer je weg!”

III. 72

Neuken wil je wel, Saufeia, maar samen baden niet.
Welk groot taboe daarachter zit, dat weet ik niet.
Hangen je rimpelige tieten tot op de grond misschien?
Of ben je bang dat ik de striemen op je buik zal zien?
Blijft je vagijn wijd open staan
en kan er niks aan worden gedaan?
Dat geloof ik niet. Naakt ben je vast heel charmant.
Maar je bent onnozel en dát is irritant!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *