Epigram boek XI.78

Ganymedes, de persoonlijke bekerdrager en ‘puer delicatus’ van Zeus

In de Oudheid genoot de ‘puer delicatus’ onder de slaven een speciale status: door zijn mooie en jeugdige uiterlijk werd hij vaak gebruikt als de persoonlijke bekerdrager van de meester of als dienaar bij thuisoffers. Maar ook voor seksuele handelingen was hij erg gegeerd. Deze slaven hadden vaak feminiene trekken, die versterkt werden door hun kapsel: hun lange haren droegen ze net zoals vrouwen vaak opgestoken. Dat de jonge bruid van Victor, de man tot wie Martialis dit epigram richt, met de schaar in haar handen klaarstaat om de slaafjes te kortwieken kan maar één ding betekenen: voortaan mag Victor geen seks meer hebben met zijn slaven. Zijn vrouw neemt hun plaats in. Iets waar Martialis niet al te veel vertrouwen in had…

XI. 78

Je huwelijksdag, Victor, is bijna daar.
De vuurrode sluier is zo goed als klaar
en je jonge bruid popelt al om met de schaar
je slaven te ontdoen van hun lange haar.
Je lul moet nu nieuw terrein verkennen
en van zijn vroegere taken ontwennen.
Eén beurt vanachteren, tot daaraan toe,
dat staat je bruid misschien nog toe.
Vrouwen die nog nooit seks hebben gehad
verlenen liever toegang tot dat gat.
Maar voedster en moeder willen niet dat het vaker gebeurt:
“Zo geef je een slaaf, maar toch niet je eigen vrouw een beurt?!”
Jou staan nog hete vuren te wachten, arme vent,
jij die een kut enkel van horen zeggen kent.
Zoek dus eerst een vrouw van lichte zeden
die jou tot een man kan kneden.
En voor je ’t weet ben je een echte vent,
want voor die job deugt een jonge meid voor geen cent!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *